In januari'97 heb ik mijn eerste mini gekocht: een gedeeltelijk geschuurde blauwe carrosserie ('79), 2 deuren in de spuitplamuur, een splinternieuwe set machtige 13 duims minilights met Yoko sloefen en brede kappen. Het was de eerste mini te koop waarik naar ging zien, en mijn beslissing was snel genomen.

Een vijftal maanden daarna reed ik zo fier als een gieter rond: ferrari rood met een wit dakske, blinkende zwarte wielkappen, een nieuwe radiatorgrille en een 1340. Na Southern Mini Days dat jaar - tussen de (nog verse) koeiedinges - heb ik mijn vliegmachientje toen getrakteerd op een Hi-Lo kit en Spax.

Vermits de 1340 al eens kuren had, heb ik dat jaar maar aan 2 evenementen zelf kunnen deelnemen: Mini Rit Vlaanderen (de dagdaarvoor staken de deuren pas in de mini) en Southern Mini Days. Na die meeting kreeg de mini nog maar eens kuren, waardoor ik eind augustus op een meeting besloot om nog een tuuteke bij te kopen: een kanariegeel schatje met 2 zwarte streepkes en een luchthapperke.

Mijn redenering ging als volgt: Wanneer mijn "grote mini" (de rode) niet zou rijden, kon ik de "kleine" (gele dus) nemen, om alzo toch nog aan ritten en meetings te kunnen deelnemen.

Vanwaar nu het onderscheid grote en kleine mini: in mijn favoriet (de rode) stonden enkel 3 klokken in de midden en een aparte toerenteller op het stuurhuis; de gele had een houten dashboard waardoor hij binnenin kleiner leek, en reed op "smalle" twaalfduimerkes.

De volgende 2 jaren ben ik met glans geslaagd in die opzet: wanneer mijn favoriet het niet deed, nam ik gewoon de gele en kon ik met een gerust hart de meetings afschuimen. Zo heeft de gele mini na bijna een half jaar stilgestaan te hebben eens moeten rijden naar Southern Mini Days, met als resultaat dat sinds het rondcrossen op dat terrein het lampje van de oliedruk bleef branden onder de 2000 rpm. Op diezelfde meeting ben ik toen 3de geworden bij de db contest: bij 6500 rpm (de krukas wou niet sneller) pufte mijn kanarie de volle 129,8db.

Die 2 jaren met 2 mini's waren ook de jaren van het experimenteren met nokkenassen, het overbouwen van motors en de gedachte om een 2 liter GSI van Opel in een mini te monteren. Hiervoor zijn wel zelfs speciaal de plas overgestoken om een mini van 1966 te kopen (voor foto's hiervan zie "schoendoos").

In de zomer van '99 had ik eens geprobeerd om een andere nokkenas in de metro motor van mijn rode mini te steken (de 1340 was toen al lang naar de haaien). Vermits ik die motor niet goed afgesteld kreeg, besloot ik dan maar om er terug de oude nokkenas in te steken.
Toen ik na een proefritje de motor terug stil legde, bleef het vliegwiel nog effe nadraaien over de krukas).

Op dat moment had ik nog een goed uur de tijd om naar huis te rijden, te douchen, te eten en terug naar Mechelen te rijden want wij gingen toen met de miniclub naar de autocinema.

Ik met mijn niet meer al te beste humeur de kanarie ingesprongen, bij het oprijden(!) van de autostrade moeten remmen voor een zondagsrijder en ... geen remmen meer. Dan maar voortgereden zonder remmen, thuis snel gegeten, mezelf verfrist en dan maar terug naar de garagebox (toen nog in Mechelen, dus ik heb dat uur een goede 50km gereden met enkel een handrem). In de garagebox zag ik dat één van de twee remleidingen vlak achter de rempomp waren afgebroken. Ik heb toen tijdelijk die leiding dichtgenepen en ... ja hoor ... ik was de gelukkige eigenaar van een kanarie zonder remmen op de achterwielen, dus dat viel eigenlijk nog wel mee.

Diezelfde avond nog is het idee in mij opgekomen om de hele boel te verkopen, het Opel GSI project af te blazen en mezelf een 40 te bestellen. Mini @ 40, IMM en Mini In The Park heb ik nog wel met de gele "bezocht", hetgeen mij 8 liter olie gekost heeft omdat ik speciaal terug naar Antwerpen moest om 3,5 dagen te komen werken ...

Sinds 2 september 99 heb ik een MPI'tje (diezelfde avond nog een cruise meegereden) en ... al roest ontdekt. Moest ik toen geweten hebben wat ik nu weet, had die 40 er nooit gekomen en had ik wel met de rode en de gele mini verder gereden.

Daar zat ik dan: een 40, niks geen gesleutel behalve een andere uitlaat, Hi-Lo's en Spax (want die standaard rode zeepkistendemperkes waren me niet praktisch genoeg om af te stellen).

Na een goed jaar begonnen de sleutel- en de ik-doe-lekker-mijn-goestingmicrobe weer aan me te vreten ... en toen heb ik de moke gekocht. Ondertussen gekend als de Milka.

Een half jaar later de moke toch maar rap effe op de baan gezet (de gekende wirwar aan draden toegevoegd en effe langs de technische controle gepasseerd) en meegereden met de recordpoging in Drimmelen. Sindsdien heb ik met de moke al aan meer ritten en meetings
deelgenomen dan met de 40, gewoon omdat het hier altijd zo'n goed weer is. Ik heb de 40 uiteindelijk verkocht omdat ik er toch niet veel mee reed en slaag er ondertussen in om zefs meer kilometers te rijden met de Portugese Moke (aka Backup-Moke) welke ik in 2007 gekocht heb omdat de Milka af en toe vindt dat hij een adempauze nodig heeft en ik bij mooi weer de Portugese Moke al eens gebruik om de wekelijkse boodschappen te gaan doen.

In 2015 is de Milka eindelijk tot aan de Noordkaap geraakt na een fantastisch IMM in Zarasai. Ik had dit doel al enkele jaren voor ogen en in 2015 is het er dan toch van gekomen tijdens een mooie reis van 6 weken.